Vraag:
Wanneer word je failliet verklaard?
Antwoord:
In Nederland wordt men failliet verklaard indien de schuldenaar in de
toestand verkeert dat hij heeft opgehouden te betalen. Populair gezegd:
men heeft schulden gemaakt en kan of wil deze niet betalen. De
schuldeisers vragen dan, na diverse aanmaningen, het faillissement van
de privé-persoon of ondernemer (rechtspersoon) bij de rechtbank aan.
Vraag:
Wie kunnen het faillissement aanvragen?
Antwoord:
Het faillissement kan door vier partijen worden aangevraagd, namelijk
door de schuldenaar zelf, de schuldeisers (minimaal twee opeisbare
vorderingen), het Openbaar Ministerie (om redenen van openbaar belang)
en door de rechtbank. Deze laatste kan namelijk ambtshalve het
faillissement uitspreken bijvoorbeeld na het intrekken van de surséance
van betaling of intrekken van de schuldsaneringsregeling ingevolge de
Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP).
Vraag:
Wat gebeurt er als je failliet verklaard bent?
Antwoord:
Het faillissement wordt uitgesproken door de rechtbank die een curator
en een rechter-commissaris aanstelt. De failliet verliest van rechtswege
de beschikking en het beheer over het vermogen. De curator treedt dan op
in plaats van de failliet die dan handelingsonbevoegd wordt.
Vraag:
Hoeveel faillissementen worden er per jaar uitgesproken?
Antwoord:
Per jaar worden gemiddeld ongeveer vijfduizend faillissementen
uitgesproken. Er worden er meer aangevraagd bijvoorbeeld als drukmiddel
om alsnog te betalen, doch deze aanvragen worden dan, na betaling weer
ingetrokken.
Vraag:
Mag ik tijdens het faillissement doorwerken met mijn zaak?
Antwoord:
Dat mag alleen na verkregen toestemming van de curator. In bepaalde
gevallen is het voordeliger voor de boedel wanneer de activiteiten in de
onderneming niet gestaakt worden. Op deze manier komen er dan nog
inkomsten binnen.
Vraag:
Wat voor plichten heb ik als failliet?
Antwoord:
Als failliet heeft men diverse wettelijk voorgeschreven verplichtingen,
zoals een inlichtingenplicht aan de curator, de rechter-commissaris, de
verificatievergadering of de commissie van schuldeisers. Daarnaast mag
men zonder toestemming van de rechter-commissaris de woonplaats en het
land niet verlaten waarvoor men soms het paspoort moet inleveren. Indien
men zich niet aan deze verplichtingen houdt kan men gegijzeld worden.
Vraag:
Treft een faillissement ook mijn privé-vermogen?
Antwoord:
Ja, echter alleen als een natuurlijk persoon in staat van faillissement
is verklaard. Onder privé-vermogen vallen ook vorderingen op
koopsompolissen en tegoeden op buitenlandse bankrekeningen.
Vraag:
Wat is de taak van een curator?
Antwoord:
De curator heeft tot taak het beheer en de vereffening van de failliete
boedel. De curator treedt in de rechten van de failliet die van
rechtswege de beschikking en het beheer over zijn of haar vermogen
verliest. De curator behartigt ook de belangen van de schuldeisers. De
curator zorgt voor de openbaarmaking van het vonnis door registratie bij
de faillissementsgriffie en Kamer van Koophandel, de advertentie in de
Staatscourant alsmede in een landelijk dagblad. Hij onderzoekt de boedel
en probeert vast te stellen wat de bezittingen en de schulden van de
failliet zijn. Verder bereidt hij in samenwerking met de
rechter-commissaris de verificatievergaderingen voor. Indien nodig
ontslaat hij personeelsleden en verkoopt hij de nog aanwezige
vermogensbestanddelen (goederen, voorraden, auto’s en onroerend goed).
Indien hij onbehoorlijk bestuur of frauduleus gedrag signaleert neemt
hij de daartoe geëigende maatregelen.
Vraag:
Wat is de taak van de rechter-commissaris?
Antwoord:
De rechter-commissaris houdt toezicht op het beheer en de vereffening
van de failliete boedel en de handelingen van de curator. Voor bepaalde
activiteiten moet de curator toestemming vragen aan de
rechter-commissaris (bijvoorbeeld: ontslag personeel en verkoop inboedel
of goederen). Verder treedt de rechter-commissaris op als voorzitter van
de verificatievergaderingen. Op voordracht van de rechter-commissaris
kan de rechtbank de gijzeling bevelen van de failliet. Ook kan de
rechter-commissaris getuigen oproepen en horen.
Vraag:
Kan de curator aan de spaarrekeningen van mijn kinderen komen?
Antwoord:
Ja, zolang de kinderen nog niet meerderjarig zijn, valt het saldo van
deze rekeningen in het vermogen van de failliet en dus tot de boedel.
Vraag:
Hoe lang duurt een faillissement?
Antwoord:
Ieder faillissement is verschillend. De duur van een faillissement kan
variëren van enige maanden tot enkele jaren. Er is een geval bekend uit
de praktijk dat een faillissement 28 jaar heeft geduurd. Dit is echter
een uitzondering.
Vraag:
Kan ik een regeling treffen met mijn schuldeisers?
Antwoord:
Ja, dat kan alleen door het aanbieden van een akkoord op de
verificatievergadering. Over dit akkoord moet door de schuldeisers
gestemd worden. Dit moet door tweederde van de erkende en toegelaten
schuldeisers goedgekeurd worden, waarbij zij tenminste drievierde van de
erkende en toegelaten schuldvorderingen vertegenwoordigen. Dit akkoord
wordt aan de rechtbank voorgelegd die dit dan kan aanvaarden
(homologatie van het akkoord).
Vraag:
Hoe kan een werknemer achterstallig loon van zijn failliete werkgever
innen?
Antwoord:
De bedrijfsvereniging neemt alle salarisverplichtingen over vanaf de
faillissementsdatum. In uitzonderingsgevallen kan het ook gebeuren dat
(een gedeelte van) achterstallig salaris wordt meegenomen. De curator
zal vervolgens de medewerkers zo snel mogelijk ontslaan. In ieder geval
gaan werknemers met een salarisvordering voor op alle concurrente
crediteuren.
Vraag:
Als ik eenmaal failliet geweest bent, kan ik dan nooit meer een bedrijf
beginnen?
Antwoord:
Nee, dat is niet waar. Wel is het zo dat een eerder faillissement een
beletsel kan zijn bij het oprichten van een besloten vennootschap, omdat
dan de “verklaring van geen bezwaar” geweigerd kan worden. Sommige
bedrijven zijn wat terughoudend bij het leveren van goederen terwijl
sommige financiële instellingen extra zekerheden kunnen eisen.
Vraag:
Wat houdt de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP) precies in?
Antwoord:
Deze wet biedt aan natuurlijke personen en eigenaren eenmanszaken de
mogelijkheid om hun schulden binnen een periode van drie jaar te
saneren. Gedurende die tijd moet de schuldenaar zich voorbeeldig
gedragen en proberen zoveel mogelijk geld bijeen te brengen voor zijn
schuldeisers. Hij moet een saneringsplan indienen en een opgave van zijn
inkomsten en vermogen. Gedurende die drie jaar leeft hij op
bijstandsniveau. De wet gaat uit van personen die te goeder trouw en van
goede wil zijn. Van de schuldenaar wordt een maximale inspanning
vereist. De schuldsanering wordt uitgesproken door de rechtbank die een
bewindvoerder en een rechter-commissaris benoemt.
Vraag:
Wat bedoelt men precies met “bedrieglijke bankbreuk”?
Antwoord:
Met bedrieglijke bankbreuk bedoelt men de situatie wanneer iemand, die
in staat van faillissement is verklaard, ter bedrieglijke verkorting van
de rechten van de schuldeisers, lasten of vorderingen verdicht (verstopt
of verzint), baten niet verantwoord, goederen onttrokken heeft of
onttrekt, goederen ver beneden de werkelijke waarde heeft verkocht,
schuldeisers heeft bevoordeeld en / of de boekhoudverplichting niet
nakomt.
Vraag:
Wanneer eindigt een faillissement?
Antwoord:
Een faillissement kan op de volgende manieren eindigen:
-
opheffing wegens gebrek aan baten
- beëindiging
wegens homologatie van het aangeboden akkoord
- opheffing
wegens het verbindend worden van de slot-uitdelingslijst
- opheffing
vonnis rechtbank in hoger beroep door Gerechtshof
- opheffing
op verzoek gefailleerde en tegelijkertijd uitspreken van de toepassing
schuldsaneringsregeling
Vraag:
Wat bedoelt men met faillissementsfraude?
Antwoord:
Een breed begrip waaronder het ontrekken van goederen (ook geld) uit een
failliete boedel valt. Het gaat om het benadelen van de boedel en
daarmee van andere crediteuren.
Vraag:
Wat voor gevolgen kan fraude hebben?
Antwoord:
Dat de fraudeur strafrechtelijk en civielrechtelijk (ontslag) wordt
aangepakt, spreekt voor zich. De benadeelde lijdt schade die lang niet
altijd meer te verhalen is op de dader. Daarnaast kan het voor de
onderneming funest zijn als de schade omvangrijk is. Soms is een
faillissement het gevolg. Het weglekken van bedrijfsgeheimen kan de
onderneming aan de rand van de afgrond brengen. Daarbij moet niet
vergeten worden de gevolgschade en de onrust die teweeg wordt gebracht
in de organisatie. Tot slot kan imagoschade ernstig zijn (“Die bank is
niet betrouwbaar als ze zich weer heeft laten oplichten”).
Vraag:
Kunnen commissarissen in geval van faillissement van de vennootschap net
als bestuurders ook voor het faillissementstekort worden aangesproken?
Antwoord:
Ja, deze aansprakelijkheid is gebaseerd op artikel 149 (voor de NV) en
259 (voor de BV) van boek 2 BW. De curator dient dan te bewijzen dat er
sprake is van onbehoorlijke taakvervulling door de Raad van
Commissarissen en dat deze onbehoorlijke taakvervulling een belangrijke
oorzaak van het faillissement is.
Vraag:
Kan de bestuurder de gevolgen van een aansprakelijkstelling door de
curator ontlopen door ervoor te zorgen dat hij geen verhaal biedt?
Antwoord:
Nee, de curator kan de door de bestuurder onverplicht verrichte
rechtshandelingen waardoor verhaal op hem is verminderd, ten behoeve van
de boedel door middel van een buitengerechtelijke verklaring
vernietigen, indien aannemelijk is dat deze handelingen met het oogmerk
van vermindering van dat verhaal zijn verricht.
|